Wat is inflatie? 

Vaak hoor je mensen wel eens klagen dat het leven duurder aan het worden is. Het begrip inflatie heeft alles te maken met duurdere producten en diensten.

In de economie betekent inflatie een stijging van de prijzen van de meeste zaken die een consument nodig heeft. Het gaat dus niet over het duurder worden van een afzonderlijk product of dienst, maar over een ruime verzameling van goederen en diensten waarvoor je meer moet betalen.

Bij inflatie kun je minder kopen met één euro dan voordien. Met andere woorden, je geld wordt minder waard. Het omgekeerde van inflatie is deflatie. In een periode van deflatie worden de meeste zaken waar je geld aan uitgeeft, goedkoper dan voordien. 

Inflatie is de stijging van het algemene prijspeil in de economie. Inflatie wordt altijd uitgedrukt in een percentage. Geld wordt door inflatie minder waard en het algemeen prijspeil stijgt.


Hoe ontstaat inflatie?

Er zijn veel oorzaken die de prijs van diensten en goederen de hoogte in jagen en dus inflatie teweegbrengen. We noemen hieronder de belangrijkste.

Grote vraag

Als de vraag naar veel goederen of diensten sterk stijgt, heeft de industrie moeite om die diensten of producten te leveren.

Producenten en leveranciers moeten hun capaciteit uitbreiden en vaak bijkomend personeel aanwerven om aan de toegenomen vraag te voldoen. Dit brengt onvermijdelijk bijkomende kosten met zich mee, waardoor de prijs van producten en diensten hoger wordt.

Toegenomen prijs van grondstoffen, onderdelen en lonen

Als grondstoffen om welke reden dan ook duurder worden, kost het meer om producten te vervaardigen. Om dezelfde winstmarge te behouden, moeten de fabrikanten deze stijging in kosten doorrekenen in de prijs van hun goederen.

Dit principe geldt ook voor loonkosten. Als de lonen van werknemers stijgen, wordt dienstverlening en productie duurder, wat wordt doorgerekend in de prijs. De prijs van geïmporteerde artikelen en grondstoffen kan eveneens de hoogte ingaan door een hogere koers van een buitenlandse munt, bijvoorbeeld een stijging van de dollarkoers.

Meer belastingen en BTW

Ook de overheid heeft een invloed op het prijspeil van producten en diensten. Hogere belastingen en btw-tarieven leiden tot duurdere diensten en producten, waarvoor de consument uiteindelijk opdraait.

Hoe wordt inflatie bepaald?

Hoe weet de overheid en de consument hoe hoog de inflatie is? Om een cijfer te plakken op de inflatie, gaat men voortdurend de prijzen van diensten en producten na.

In Nederland is het het Centraal Bureau voor de Statistiek dat elke maand de gemiddelde prijsstijging bepaalt. In dat gemiddelde laat men de prijstoename van bepaalde producten en diensten zwaarder doorwegen dan van andere. 

Een stijging in de huurprijs van woningen bijvoorbeeld weegt zwaarder door dan een prijstoename van kleding. Een doorsnee consument geeft immers meer geld uit aan huisvesting dan aan kledij. Een inflatie van 2% op jaarbasis in een bepaalde maand betekent dat producten en diensten gemiddeld 2% duurder zijn geworden ten opzichte van dezelfde maand een jaar voordien.

Gevolgen van inflatie

Inflatie kent zowel positieve als negatieve gevolgen. Een hoge inflatie is zeker niet wenselijk, omdat een sterke stijging van prijzen de koopkracht van consumenten doet afnemen.

Met dezelfde som geld kun je immers minder kopen dan het jaar voordien. Bovendien kampt een land met een hoge inflatie met een slechte internationale concurrentiepositie. Omdat de producten in een land met hoge inflatie duurder zijn ten opzichte van andere landen, daalt de export van dat land. Een stabiele en lichte inflatie kan wel gunstig zijn voor de economie.

Omdat het geld geleidelijk aan minder waard wordt, zijn consumenten geneigd om niet overmatig te sparen en om bepaalde aankopen niet te lang uit te stellen. Dit heeft een positief effect op de groei van de economie. De Europese Centrale Bank streeft daarom naar een stabiele inflatie van ongeveer 2% op jaarbasis.

Bij een inflatie hoger dan 2% is er een te sterke daling van de koopkracht. Bij een inflatie lager dan 2% zou er een deflatie kunnen optreden. In dat geval gaat de consument wachten tot de prijzen nog sterker dalen, waardoor er te weinig geld wordt gepompt in de economie.

Andere bekeken ook:

>