Wat is een hedgefonds? 

Een hedgefund of een hedgefonds is in wezen niets anders dan een fonds waarin aandelen, obligaties of beiden worden verhandeld. Het grote verschil met andersoortige fondsen, is dat het handelen binnen hedgefondsen op een zeer actieve manier gebeurt.

Hoe werkt een hedgefonds?

De handelsstrategie binnen een hedgefonds heeft als doel om alle mogelijke beleggingsinstrumenten te gebruiken, zodat de winst van het fonds kan worden gemaximaliseerd.

In tegenstelling tot traditionele fondsbeleggingen, is het bij hedgefondsen dan ook niet ongebruikelijk dat er in allerlei verschillende sectoren wordt geïnvesteerd.

Streven naar een gegarandeerd rendement

Omdat er bij hedgefondsen naar een maximale winst wordt gestreefd, worden lang niet alle aandelen en/of obligaties lange tijd vastgehouden. Vaak worden er ook short-posities ingenomen en tactieken toegepast die zelfs bij een dalende beurs een interessant rendement opleveren.

Deze marktonafhankelijke handelswijzen kan eraan bijdragen dat eventuele verliezen op de lange termijn met mogelijk hogere opbrengsten op de korte termijn worden gecompenseerd. In het Engels wordt dan gesproken over het streven naar een ‘absolute return’. Kortom, een gegarandeerd rendement.

Dit doel kan bijvoorbeeld worden bereikt door bij dalende koersen op de aandelenmarkt putopties te kopen of futures te verkopen.

Stimulerende presatatievergoeding

Zoals gezegd wordt er binnen hedgefondsen op een actieve manier belegd. Dit heeft ook gevolgen voor de aan het fonds gekoppelde beloningsstructuur. Bij reguliere beleggingsfondsen ontvangt de beheerder van het fonds een beheerdersvergoeding van zo’n een a twee procent.

Dit is weliswaar ook het geval bij hedgefondsen, maar daarnaast wordt er meestal ook een prestatievergoeding gehanteerd. Deze bedraagt vrijwel altijd 20 procent van de winst dat een fonds in een jaar maakt. Deze laatstgenoemde vergoeding is voor de fondsbeheerder een extra stimulans om het rendement van het desbetreffende hedgefonds gedurende het jaar zo hoog mogelijk te krijgen.

Toepassen van een hefboomstrategie

Omdat er tijdens het beleggen in een hedgefonds vaak gebruik wordt gemaakt van derivaten, spreekt men op dat moment van een hefboom. Of op z’n Engels van een ‘leverage’. Je kunt in dat geval onder meer denken aan een situatie waarbij het fonds bovenop elke ingelegde euro een bepaald aanvullend bedrag bij een bank leent.

Bijvoorbeeld door vier extra euro’s te lenen bovenop elke euro die investeerders in het hedgefonds steken. Op die manier kan een fonds dan over extra kapitaal beschikken, zodat in potentie het vijfvoudige rendement behaald zou kunnen worden.

Gestructureerde beleggingsstrategieën

Uit hetgeen we hierboven aan je hebben uitgelegd zou je misschien de conclusie kunnen trekken dat hedgefondsen zomaar lukraak investeren in alles dat los en vast zit om maar een zo hoog mogelijk rendement te kunnen behalen.

Dat is in de meeste gevallen niet waar. Veel hedgefondsen hanteren een vooraf vastgestelde, strikte koop- en verkoopstrategie. Op basis van deze modelmatige, ofwel gestructureerde aanpak worden continue alle handelsbeslissingen gedurende het bestaan van het fonds genomen.

Sterk groeiende populariteit van hedgefondsen

Tot aan de eeuwwisseling waren eigenlijk alleen maar grote gespecialiseerde institutionele beleggers geïnteresseerd in het investeren in hedgefondsen. Daar kwam voor de eerste keer verandering in toen de internetzeepbel op de aandelenbeurzen knapte en de beleggingsportefeuille van heel veel particuliere investeerders in 2001 en 2002 flink in de min ging.

Die beleggers gingen vervolgens massaal op zoek naar lucratievere alternatieven en kwamen daarbij steeds vaker bij hedgefondsen uit. Dit is duidelijk te zien als we de situatie van 1990 met die van 2007 vergelijken. In 1990 werd er voor ‘slechts’ 40 miljard dollar in hedgefondsen geïnvesteerd, terwijl dat bedrag in 2007 al was opgelopen tot maar liefst 1839 miljard dollar.

Geen ijzersterke rendementsgarantie

Dat het behalen van absolute rendementen geen ijzersterke garantie bij het investeren in hedgefondsen is, werd beleggers in 2008 duidelijk. Tijdens dit bijzondere beleggingsjaar moesten tal van schijnbaar degelijke en onverwoestbare financiële instellingen uiteindelijk toch het onderspit delven en kreeg ook de wereldwijde economie flink wat klappen te verwerken.

Het was een uitzonderlijke situatie waarin ook de overgrote meerderheid van de hedgefondsen niet langer zwarte cijfers kon blijven schrijven. Alleen fondsen die zich heel erg op ‘short selling’ en ‘managed futures’ met derivaten hadden geconcentreerd behaalden winst. Maar de pret voor dat soort specifieke fondsen was van korte duur toen in 2009 de beurskoersen weer begonnen te stijgen.

De situatie van 2008 nader bekeken

De reden waarom veel hedgefondsen in 2008 slecht scoorden lag in het feit dat zo’n 40 procent een strategie volgde, waarbij men op aandelen zowel een long- als een shortpositie in had moeten nemen. In de praktijk bleek echter dat veel fondsbeheerders voornamelijk voor longposities hadden gekozen en men niet aanvullend ‘short’ was gegaan.

Daardoor vielen flink wat hedgefondsen op dat moment een beetje door de mand. Ook nieuwe regelgeving had in 2008 invloed op de resultaten van hedgefondsen. Het was vanaf dat jaar namelijk niet langer toegestaan om meerdere malen ‘short’ te gaan op hetzelfde aandeel. Om te proberen het financieel negatieve tij toch nog te kunnen keren verkochten veel hedgefondsen hun beste aandelen en beleven ze met slechte, praktisch onverkoopbare aandelen in hun portefeuille zitten, wat dat jaar uiteindelijk voor hun negatieve beleggingsresultaten zorgde.

Andere bekeken ook:

>